CDA SCHERPENZEEL TEGEN STIKSTOFPLANNEN KABINET
AlgemeenZoals bijna iedereen de laatste dagen wel gemerkt zal hebben heeft het kabinet op vrijdag 10 juni haar plannen wat betreft het reduceren van de stikstofuitstoot in de agrarische sector gepresenteerd.
Door de ministers Van der Wal (VVD) en Staghouwer (ChristenUnie) is, met ondersteuning van een heuse stikstofkaart, een plan van aanpak gepresenteerd wat zich uitsluitend richt op de agrarische sector en wat begrijpelijkerwijs voor grote verontwaardiging, onrust en boosheid heeft gezorgd binnen vele boerengezinnen en talloze andere betrokkenen. Ditzelfde geldt voor de CDA-afdeling Scherpenzeel.
Want zoals de plannen er nu liggen lijkt het erop alsof de verantwoordelijkheid voor het reduceren van de stikstofuitstoot uitsluitend bij de agrarische sector wordt neergelegd. Ja, er wordt vanuit Den Haag gesteld dat ook andere sectoren zoals de industrie en de luchtvaart zullen moeten bijdragen, maar de plannen die op deze bedrijfstakken betrekking hebben worden pas later dit jaar gepresenteerd. Als CDA Scherpenzeel pleiten wij voor een totaalplan waarbij wordt gekeken naar alle sectoren die kunnen bijdragen aan de beoogde reductie van de stikstofuitstoot. Hierdoor ontstaat voor alle partijen meer duidelijkheid wat betreft de uiteindelijke doelstelling en de wijze waarop dit gerealiseerd kan worden. Uiteraard dient dit in samenspraak met de boeren te gaan. Tenslotte zijn zij degenen die zich al jaren inzetten voor een verantwoorde bedrijfsvoering. Hun ervaringen en opgedane kennis is onmisbaar in het opstellen van een lange termijn planning. En laten we ook niet vergeten dat deze ervaringen en kennis wereldwijd gedeeld wordt. Vanuit de betrokken bewindspersonen klinkt nu vooral dat de plannen die nu op tafel liggen onontkoombaar zijn en het voor ‘sommige boeren heel veel pijn zal doen’. Maar dat is natuurlijk geen boodschap waardoor je een belangrijke, innovatieve en gezonde bedrijfstak, waarin vele honderdduizenden mensen direct of indirect hun brood verdienen, mee gaat krijgen.
Om deze problematiek te bespreken organiseert het CDA Gelderland meerdere avonden waar zij met lokale politici van het CDA en boeren in gesprek wil gaan over de toekomst van de agrarische sector en het platteland. Onlangs was er zo’n bijeenkomst op een boerderij in Lunteren waar wij vanuit het CDA Scherpenzeel ook bij aanwezig waren. Het was een drukbezochte avond met lokale politici uit verschillende gemeentes, verscheidene CDA-politici vanuit de Provinciale Staten en een groot aantal, vooral jonge, boeren die zich zorgen maken over hun toekomst. Na een rondleiding volgde een presentatie over de toekomstvisie aangaande de agrarische sector van het CDA Gelderland. Tevens was de gedeputeerde van het CDA, Peter Drenth, aanwezig. Hij is onder andere verantwoordelijk voor de onderwerpen vitaal platteland en energietransitie. Tijdens deze avond gaf hij uitleg over de plannen van de provincie Gelderland wat betreft het reduceren van de stikstofuitstoot en hoe men een vitaal platteland wil behouden. Zowel de toekomstvisie van het CDA Gelderland als de plannen van de provincie klonken ons een stuk realistischer in de oren dan wat er nu vanuit Den Haag gedicteerd wordt.
Wij als CDA vinden het namelijk heel belangrijk dat er een sterke, innovatieve en winstgevende agrarische sector blijft. Hierdoor blijft het platteland leefbaar, kunnen boerengezinnen voldoende inkomsten genereren en blijft er toekomst voor jongeren die in de agrarische sector willen gaan werken. Daarvoor is meer onderzoek en samenwerking tussen onderwijs, bedrijfsleven en de agrarische sector nodig. Op die manier is de sector in staat te blijven innoveren wat zal leiden tot verdere afname van de stikstofuitstoot. Laten we namelijk ook niet vergeten dat de agrarische sector tussen 1990 en 2017 haar stikstofuitstoot al met ruim 64% heeft gereduceerd en dat de Nederlandse varkenshouders hun amoniakuitstoot in dezelfde periode zelfs met bijna 80% hebben verminderd. Dat zijn ongekende prestaties van de agrarische sector die hen door niemand nagedaan zijn. En dat is voor ons tevens het teken dat technologische vernieuwingen kunnen bijdragen aan de oplossing van dit probleem.
Ook vindt het CDA dat de boeren die zichzelf inzetten voor het behoud van onze natuur en ons landschap daar beter voor beloond dienen te worden. Want hoewel sommige politici in Den Haag dat af en toe lijken te vergeten spelen onze boeren een grote rol in ons landschaps- en natuurbehoud. Verder wil het CDA toewerken naar een systeem van kringlooplandbouw. Hierbij wordt voedsel en/of planten op een duurzame manier geproduceerd door hergebruik van land en grondstoffen. De laatste decennia is er, ook vanuit de politiek, vooral ingezet op investeringen ter uitbreiding van de agrarische bedrijven met als gevolg een forse toename van de productie. Wat ons betreft is het echter tijd om afscheid te nemen van het idee dat nieuwe investeringen alleen maar bekostigd kunnen worden door schaalvergroting. Hiervoor dient de boer dan ook een eerlijke prijs te krijgen voor zijn producten. Elk jaar stoppen in Nederland enkele honderden boeren. Het aantal agrarische bedrijven in Nederland is tussen 2000 en 2020 afgenomen van ruim 97.000 naar nog circa 53.000. Hierdoor komt grond vrij die wat betreft het CDA gedeeltelijk weer opnieuw voor de landbouw gebruikt kan worden. Zo krijgen agrarische ondernemers de mogelijkheid om hun bedrijf te verplaatsen of extra grond aan te schaffen voor het creëren van het systeem van kringlooplandbouw. Aangezien er dus jaarlijks al een groot aantal boeren stopt vinden wij het voorstel vanuit Den Haag van verplichte onteigening dan ook te zot voor woorden. Door deze maatregel op te leggen wordt onnodig veel onrust veroorzaakt terwijl deze ons inziens totaal overbodig is.
De plannen en doelen zoals die nu gepresenteerd zijn lijken in beton gegoten, maar wat ons betreft is dat niet zo. Het behalen van de doelen wat betreft stikstofreductie is namelijk een taak van de provincies. Hiermee loopt men in Gelderland voor op de andere provincies. Er wordt hier al langere tijd gewerkt aan een plan waarbij alle sectoren op een evenredige manier bijdragen aan het verminderen van de stikstofuitstoot. Het Gelderse plan wordt ook ondersteund door verschillende organisaties, zoals LTO, VNO-NCW, MKB Nederland en verschillende natuurorganisaties zoals Natuurmonumenten. Naar onze mening is dit ook de manier waarop het hoort te gaan: overleg met alle betrokken organisaties zodat er uiteindelijk een toekomstgericht plan op tafel komt te liggen waar iedereen mee uit de voeten kan en wat duidelijkheid verschaft wat betreft doelstelling en realisatie. Dit in tegenstelling tot de aanpak vanuit Den Haag waarbij gekozen is voor eenzijdige besluitvorming gebaseerd op onder andere een stikstofkaart die uitsluitend betrekking heeft op de agrarische sector. Hiermee wordt de agrarische sector ernstig tekort gedaan. Zeker gezien de grote inzet van boeren de afgelopen jaren om te komen tot een verantwoorde bedrijfsvoering. Uiteindelijk moeten we met z’n allen toewerken naar een schone, sterke en innovatieve agrarische sector in Nederland waar we trots op kunnen zijn en waar nog toekomst in zit voor onze jongeren in combinatie met een gezonde leefomgeving waarin ook de natuur de ruimte krijgt. Maar dat bereik je alleen door samen met de agrarische sector op te trekken.
Niels Goes, raadslid CDA Scherpenzeel