Bestrijding Eiken- processierups

SCHERPENZEEL Gemeente Scherpenzeel gaat preventief bestrijden.

De gemeente Scherpenzeel werkt volgens een vastgesteld Eikenprocessierupsbestrijdingsplan. De bestrijding vindt plaats in de vorm van bladbespuiting met een ongevaarlijk biologisch gewasbeschermingsmiddel. Tijdens de uitvoering zal onder hoge druk de gehele kroon van de eik bespoten worden middels een speciale spuitunit. Zodra de eiken in blad staan voeren we de bestrijding uit. We bestrijden vrijwel alleen preventief in de bebouwde kom van Scherpenzeel en op gevoelige locaties in het Buitengebied waar veel mensen aanwezig zijn.

Gemeente Scherpenzeel streeft naar een betere biologische balans. We willen de natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups verder stimuleren met ander bermbeheer, het ophangen van nestkasten, het creëren van kruidenbermen, aanleg van struwelen nabij eikenbomen en het creëren van een divers bomenbestand. Hiertoe is in samenwerking met lokale werkgroepen op enkele locaties de preventieve bestrijding opgeschort. De rupsen dienen kort na het begin van de bladvorming bestreden te worden als de rupsen van het jonge blad gaan eten. Door vroeg in te grijpen voorkomen we dat veel rupsen zich kunnen ontwikkelen tot het schadelijke stadium waarbij brandharen aanwezig zijn. Het moment van ingrijpen komt heel nauw. Soms zal daarom in de nacht bestreden moeten worden. Om de natuur zoveel mogelijk te beschermen (onder andere beschermde vlindersoorten) bestrijden we in het Buitengebied minder preventief. Bij (grote) overlast gaan we daar indien nodig over tot het wegzuigen van eikenprocessierupsen.


Bladluis krijgt natuurlijke vijand

We zetten larven van lieveheersbeestjes in.

Biologische bestrijding

Omstreeks half mei gaat de gemeente Scherpenzeel op diverse locaties bladluizen bestrijden. Dit doen wij door inzet van larven van inheemse (een van nature in Nederland voorkomende soort) lieveheersbeestjes. De afgelopen jaren heeft deze methode in Scherpenzeel tot goede resultaten geleidt waardoor de overlast minder groot is. De bestrijding vindt plaats op de meest kwetsbare en overlast gevende locaties. De larven worden in een wit katoenen zakje aan de boom ter hoogte van de onderste tak gehangen. De lieveheersbeestjes en de larven zijn natuurlijke vijanden van de bladluizen. Een volwassen lieveheersbeestje kan 80 bladluizen per dag opeten. De larven eten nog meer bladluizen tot minimaal 100 per dag. Bladluizen voeden zich met plantensappen. Het teveel aan plantensappen wordt door de bladluizen uitgescheiden in de vorm van honingdauw. Deze kleverige substantie is niet schadelijk maar kan ernstige overlast geven doordat bijvoorbeeld tuinmeubelen en geparkeerde auto's kleverig worden. De overlast is het grootst bij langdurig warm en droog weer.